Registratie & Kennisgeving

Verordening (EG) nr. 1272/2008 regelt de indeling, etikettering en verpakking (Classification, Labelling and Packaging) van gevaarlijke stoffen en mengsels. CLP is wettelijk bindend in alle lidstaten en rechtstreeks van toepassing op alle bedrijfstakken. Elke fabrikant, importeur of downstreamgebruiker is verplicht om zijn producten correct in te delen, te etiketteren en verpakken alvorens ze in de handel te brengen.

In 2017 werd een nieuwe bijlage VIII aan de CLP-verordening toegevoegd om de informatie-eisen voor kennisgeving aan de antigifcentra te harmoniseren.

Sinds 2020 gebeuren deze aanmeldingen op Europees niveau via het portaal van ECHA (Europees Chemicaliën Agentschap).

BIG kan voor uw bedrijf de aanmelding op Europees niveau via het portaal doen

Autorisatie vormt een specifiek onderdeel van REACH en moet ervoor zorgen dat zeer zorgwekkende stoffen (Substances of Very High Concern of SVHC) geleidelijk worden vervangen door minder gevaarlijke stoffen of beheerst worden door geschikte technologieën.

Wanneer een stof als zeer zorgwekkend gedefinieerd is, wordt deze opgenomen in de lijst van stoffen die voor autorisatie in aanmerking komen (de ‘kandidaatslijst’). Opname in deze lijst leidt direct tot communicatieverplichtingen doorheen de toeleveringsketen. Dat kan o.a. via het veiligheidsinformatieblad (VIB/SDS).

Bij voorwerpen zijn er een aantal extra verplichtingen:

• beantwoorden van consumentenvragen (art. 33, lid 2, REACH)

• kennisgevingen aan ECHA

BIG kan uw bedrijf ondersteunen om verplichtingen inzake SVHC zonder problemen na te komen.

De Europese biocidenverordening, of Biocidal Products Regulation (BPR, Verordening (EU) 528/2012), regelt de handel en het gebruik van biociden die mensen, dieren of materialen moeten beschermen tegen schadelijke organismen zoals ongedierte of bacteriën door middel van hun werkzame stoffen. De werkzame stoffen in biociden moeten vooraf op Europees niveau goedgekeurd worden (op welbepaalde uitzonderingen na). Vervolgens is voor elke biocide een nationale toelating vereist voordat ze op de markt wordt gebracht. Een toelating kan worden uitgebreid naar andere EU-lidstaten door middel van wederzijdse erkenning via een Europese toelating (toelating van de Unie).

BIG kan uw bedrijf op verschillende manieren ondersteunen op het gebied van BPR, door advies, dossierbeheer (van voorbereiding tot opvolging), opleiding, en meer.

BIG ondersteunt zowel fabrikanten en importeurs als downstreamgebruikers van gevaarlijke stoffen bij hun wettelijke verplichtingen i.v.m. up- of downstreamcommunicatie.

Onze service gaat van registratie (opstellen/bijwerken van technisch dossier (IUCLID 6) en chemisch veiligheidsrapport (CSR)) tot kennisgeving bij aanwezigheid van zeer zorgwekkende stoffen in voorwerpen (SVHC), het downstreamgebruikerrapport bij non-conformiteit van een ES e.a.

Verordening (EU) 649/2012 inzake voorafgaande geïnformeerde toestemming (Prior Informed Consent) regelt de in- en uitvoer van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen, en legt verplichtingen op aan bedrijven die deze stoffen naar landen buiten de EU willen uitvoeren.

De PIC-verordening, die gebaseerd is op het Verdrag van Rotterdam, is van toepassing op chemische stoffen die verboden zijn of onderworpen aan strenge beperkingen: industriële chemische stoffen, pesticiden en biociden – de lijst met specifieke stoffen is opgenomen in bijlage I van de verordening.

Via het ePIC-platform van het Europees Agentschap voor Chemische stoffen (ECHA) kunnen exporteurs kennisgevingen van uitvoer doen en uitdrukkelijke toestemmingen van importlanden aanvragen. Ze krijgen dan een referentie-identificatienummer (RIN) toegewezen, dat bij in- en uitvoer van de desbetreffende stof gecontroleerd wordt door de douane.

BIG kan voor uw bedrijf volgende aspecten van PIC in orde brengen:

• bepalen of een stof onder PIC valt en welke specifieke verplichtingen daarbij horen

• alle overeenkomstige kennisgevingen aan ECHA in orde brengen en opvolgen